Aangespannen rijden met je minipaard of shetlander

Je minipaard of shetlander is veel meer dan alleen een leuk dier voor in de weide of de fokkerij. Zo worden er al veel facetten van de paardensport met minipaarden en shetlanders beoefend. Enkele voorbeelden zijn vrijheidsdressuur, obstakelparkoersen, jumping, lange lijnen werk en natuurlijk de aangespannen sport.

Te klein? Of toch niet?!

Dikwijls wordt gezegd dat minipaarden en shetlanders te klein zijn om voor de wagen te lopen, maar dit is grote onzin. Natuurlijk kan een paardje van 80 cm geen kar trekken met vier personen, maar met het juiste rijtuig (licht gewicht) is het helemaal niet vreemd om met twee personen op pad te gaan. Er is een simpele vuistregel die vrijwel voor alle paarden geldt, mits getraind en in conditie uiteraard:

Op een harde ondergrond zonder veel hoogteverschil kan een paard 3x zijn eigen gewicht trekken;
Op een zachte ondergrond zonder veel hoogteverschil kan een paard 2x zijn eigen gewicht trekken;
Op een zachte ondergrond met hoogteverschil kan een paard 1x zijn eigen gewicht trekken.

Bijvoorbeeld:

Wanneer we een minipaard of shetlander hebben van 150 kg, dan kan deze op normale verharde wegen 450 kg trekken. Als we een dubbelspan hebben wordt dit nog eens verdubbeld. Natuurlijk is het fijn wanneer de aanspanning lichter is. Dit zorgt ervoor dat het paard het langer volhoudt. Onderschat daarnaast de kracht van een getraind (miniatuur)paard of shetlander niet.

Wanneer je met een sulky rijdt hoeft de shetlander of het minipaard de kar niet te dragen op zijn rug. Een sulky hoort namelijk in evenwicht te zijn en leunt dan niet op het paardje. De enige kracht die hier bij komt kijken is de trekkracht. Dit is eveneens het geval bij een vierwielige wagen.

We hebben het zelf uitgetest met een vierwielige wagen van 135 kg met daarop een persoon van 70 kg. De trekkracht – dit is de kracht die nodig is om de wagen van zijn plaats te trekken – is slechts 12 kg. Wanneer de wagen eenmaal rolt, rolt hij lichter en is de trekkracht nog iets lager. Veelal lijken grote wagens met een minipaardje of kleine shet lomper dan dat het daadwerkelijk te zwaar is.

Twijfel je hierover? Vraag dan iemand met ervaring of je men instructeur om hulp.

Tuigage voor minipaarden

De tuigage is bij het aangespannen rijden van het grootste belang. Een tuig moet van goede kwaliteit zijn en goed onderhouden worden. Dit houdt in dat het tuig geen scheurtjes vertoont en dat de stiksels intact zijn. Een lederen tuig moet goed in de olie staan voordat het de eerste keer gebruikt wordt. Dit houdt in dat het zo wordt geolied dat de olie er niet meer meteen intrekt wanneer het erop wordt gesmeerd.

Onderhoud van het tuig

Overal waar olie in het tuig zit kan er geen water in. Hierdoor is het tuig als het ware waterdicht. Daarna is het van belang dat het tuig met enige regelmaat wordt ingevet met ledervet. Dit zorgt ervoor dat het tuig soepel en schoon blijft.

Breng de olie en het vet nooit andersom aan. Doe je dit wel, dus breng je eerst het vet aan en daarna de olie, dan kan de olie niet meer in het tuig trekken. Breng daarom altijd eerst olie aan en daarna pas het vet.

Wordt een tuig niet goed onderhouden dan bestaat er een kans dat deze knapt tijdens het rijden. Knapt een tuig, dan kunnen er grote ongelukken gebeuren, met als gevolg dat een paardje vaak niet meer voor de wagen durft te lopen.

De juiste pasvorm

Daarnaast moet het tuig ook op de juiste manier op maat zijn gemaakt. Hiermee voorkom je dat het paardje schaaf of drukplekken krijgt. Verder is de juiste maat nodig om het tuig optimaal te laten functioneren.

Twijfel je over je tuigage? Vraag dan iemand met verstand van zaken of je men instructeur om advies of hulp. Op deze manier kan het tuig op maat worden gemaakt zodat je zonder belemmering kunt beginnen aan het aangespannen rijden met je minipaard of shetlander.

Bij twijfel over de juiste maat adviseren wij het bijhorende maattabel te raadplegen. MHS Ruitersport heeft een overzichtelijk maattabel van alle tuigen beschikbaar op de website. Op deze manier kun je jouw minipaard of shetlander nameten volgens de instructies van het maattabel. In een oogopslag kun je met deze maten zien welke tuigen geschikt zouden zijn voor jouw minipaard of shetlander. Zo hoef je enkel nog maar te kiezen welke kleur je mooi vindt en of je voor leder of kunststof gaat.

Rijtuigen voor minipaarden en shetlanders

Er zijn verschillende soorten rijtuigen voor minipaarden en shetlanders op de markt. Deze zijn te verdelen in twee simpele categorieën, namelijk tweewielige en vierwielige wagens. Een tweewielige wagen wordt ook wel sulky genoemd.

Het rijtuig moet goed in verhouding zijn met het paardje. Dit is bij tweewielige wagens van groter belang dan bij vierwielers. Bij een vierwielige wagen is van belang dat het lamoen – dit is het disselraam waarin het paard loopt als deze de wagen trekt – een juiste maat heeft en dat de wagen niet te zwaar is. Bij grote paarden is de juiste afstand tussen wagen en paard ongeveer 80cm. Bij miniatuurpaarden en shetlanders zal dit zo’n 50 cm zijn. Het belangrijkst is dat het paard bij geen enkele gang met zijn hakken tegen de zweng of de wagen kan komen.

Bij een tweewielige wagen moet er vooral gelet worden op het evenwicht van de wagen. Hier gaat het dan ook vaak mis. Het moet zo zijn dat wanneer de koetsier (evt. met groom) op de bok zit, de wagen exact in evenwicht is. Dit is eenvoudig te controleren door de hoogte van de lichtogen van het tuig te meten (natuurlijk netjes op de rug van het paard). Houd vervolgens het lamoen op die hoogte vast. De koetsier die doorgaans met deze wagen rijdt/zal gaan rijden moet hierbij op de bok zitten. Is het wagentje goed in evenwicht, dan moet je het lamoen op je pink kunnen laten liggen zonder dat je al te veel druk voelt. Op deze manier voel je in principe de druk/het gewicht dat het paardje op zijn schoft zal voelen. Dit moet zo min mogelijk zijn.

Zelfs bij nieuwe wagens is dit vaak niet het geval en zal de wagen aangepast moeten worden door de bank/stoel naar achter te plaatsen of het lamoen in hoogte te verstellen. Het is niet de bedoeling dat het paardje de wagen ‘tilt’. Dit belemmert het paardje in de beweging en zorgt voor een schokkerige rit in de draf.

Tweewielig vs. vierwielig

Een tweewielige- en een vierwielige wagen hebben beide zo hun voor- en nadelen. Met een tweewielige wagen (sulky) kun je geen dubbelspan rijden. Dit betekent dat je dus enkel met één paardje voor de wagen kunt rijden. Voor sommige sulky’s worden er dubbelspan bomen aangeboden. Echter is het onmogelijk de wagen op deze manier netjes in evenwicht te krijgen.

Voor dubbelspan rijden raden wij daarom toch echt een vierwielige wagen aan. De lichtere vierwielers zijn met minipaarden en shetlanders makkelijk zowel in enkel- als in dubbelspan te gebruiken. Ga je enkel dubbelspan rijden dan kan je ook voor een iets zwaardere wagen kiezen.

Ga voor veiligheid en kwaliteit

Er zijn ontzettend veel verschillende wagens en tuigen op de markt voor minipaarden en shetlanders. Maar wat moet je nou kiezen? Wat betreft de wagens kunnen we alleen maar zeggen: Ga voor kwaliteit en bespaar niet op kleine dingen. Een goede wagen is van belang voor zowel je eigen veiligheid als die van je minipaard of shetlander. Hetzelfde geldt voor je tuigage. Kies voor een kwalitatief goed tuig wat netjes past op jouw minipaard of shetlander. Laat deze, net als je wagen, door iemand met ervaring op maat afstellen voor je op pad gaat. Zo hebben jullie er beide gemak, comfort en veiligheid van.

Op naar vele mooie ritten!

Altijd op de hoogte blijven van actuele acties, nieuwe producten, interessante weetjes en mooie foto's? Like de MHS Ruitersport Facebook pagina en/of volg het MHS Ruitersport Instagram account.